Vraag: Is de redding uit het geloof of is ze uit
werken?
Komt de redding uit het geloof, of
is ze uit goede werken?
Antwoord: De redding is uit het geloof, de werken
komen uit de nieuwe gezindheid.
Deze twee, redding en werken, hebben
de kerken veel strijd en verdeeldheid opgeleverd. Enerzijds zijn er
gelovigen die menen dat je Jezus moet volgen in daden en dat daaruit
je redding bewerkt word. Anderzijds zijn er mensen die menen dat je
niets aan je redding kunt bijdragen en dat de redding uitsluitend uit
genade komt.
In het eerste geval krijg je mensen
die door hun werken nauwelijks toe komen aan het woord, in de tweede
groep heeft men nog al eens last van passiviteit. In beide gevallen
heeft men een onvolledig beeld van de redding, en dat is niet zonder
gevolgen zoals ik u ook zal laten zien. Ik zal dat hier verder
toelichten en hoop voor u deze kwestie definitief uit de wereld te
kunnen helpen.
Ik zal eerst voorbeelden geven van
verwijzingen die zowel de eerste als de tweede overtuiging
ondersteunen. Daarna zal ik de relatie tussen deze twee uitleggen, en
dat doe ik niet door een compromis te sluiten of te schipperen met
het woord, maar gewoon door de bijbel voor zichzelf te laten spreken.
Het is vaak een kwestie van de juiste tekst in de juiste context
plaatsen en dan kunt u zelf beoordelen wat dit voor u betekend.
Ik vrees dat dit stuk wat langer is
dan gebruikelijk door de grote hoeveelheid aan teksten die er over
dit onderwerp te vinden is. De bijbel besteed hier werkelijk heel
veel aandacht aan, het is daarom des te triester dat onze leraren er
in veel gevallen niet in zijn geslaagd om ons dit goed en evenwichtig
uit te leggen.
Verwijzingen naar: "Goede werken"
Matteüs
5:16 [16] Laat zo jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze
jullie goede werken zien en jullie Vader in de hemel verheerlijken.
Matteüs
16:27 [27] Want de Mensenzoon zal komen, bekleed met de
heerlijkheid van zijn Vader, samen met zijn engelen, en dan zal Hij
iedereen loon naar werken geven.
Handelingen
9:36 [36] In Joppe woonde een leerlinge die Tabita heette, dat wil
zeggen Gazelle. Ze deed veel goede werken en bewees liefdadigheid in
overvloed.
Handelingen
van de apostelen 20, 35 [35] In alles heb ik u laten zien dat men
zo, door hard te werken, de zwakken moet helpen, gedachtig de woorden
van de Heer Jezus, die zelf heeft gezegd: “Het is zaliger te geven
dan te ontvangen.
Romeinen
2, 6 [6] Hij zal iedereen loon naar werken geven: [7] het eeuwig
leven aan hen die door standvastig het goede te doen, streven naar
onvergankelijke heerlijkheid en eer;
Timoteüs
2, 10 [10] maar met goede werken, zoals dat vrouwen past die
godvruchtig willen zijn.
Loon naar werken
Merk op dat hier nergens staat dat u
gered word door uw werken, hoewel, het is niet te verbazen als u deze
conclusie getrokken hebt omdat er wel degelijk een relatie is tussen
deze twee.
Loon naar werken, en de redding zijn
naar mijn inzicht twee verschillende dingen. De redding is dat je
straks bij de Vader in de Hemel mag zijn, je loon is wat je daar te
doen krijgt.
Matteüs
24:23 [23] Zijn heer zei tegen hem: “Uitstekend, goede en trouwe
slaaf, in het kleine ben je betrouwbaar geweest, over veel zal ik je
aanstellen. Kom delen in de vreugde van je heer.”
Verwijzingen naar: "Uitsluitend uit genade"
Handelingen
van de apostelen 15, 11 [7] Na veel discussie stond Petrus op en
zei tegen hen: ‘Broeders, je weet dat God er van meet af aan bij
jullie voor gekozen heeft dat door mijn mond de heidenen het
evangeliewoord zouden horen en tot geloof zouden komen. [8] God die
de harten kent heeft dat bevestigd door hun, net als ons, de heilige
Geest te schenken. [9] Hij heeft in geen enkel opzicht onderscheid
gemaakt tussen ons en hen, omdat Hij met het geloof hun harten
gezuiverd heeft. [10] Waarom wilt u dan nu God uitdagen om op de nek
van de leerlingen een juk te leggen dat onze voorvaderen noch wijzelf
konden dragen? [11] Nee, het is
door de genade van de Heer Jezus dat wij geloven gered te worden,
evengoed als zij.’ [12] Heel de vergadering werd stil en men
luisterde naar de verhalen van Barnabas en Paulus
Romeinen
3, 21 [21] Thans is echter, buiten de wet om, Gods gerechtigheid
openbaar geworden, waarvan de Wet en de Profeten getuigenis afleggen:
[22] Gods gerechtigheid, die zich door het geloof in Jezus Christus
meedeelt aan allen die geloven,
zonder enig onderscheid. [23] Want allen hebben gezondigd en allen
zijn verstoken van de goddelijke heerlijkheid. [24] Allen worden
gratis
door zijn genade gerechtvaardigd, krachtens de verlossing die in
Christus Jezus is. [25] Voor wie gelooft heeft God Hem aangewezen als
middel van verzoening door zijn bloed. God wilde zo zijn
gerechtigheid tonen, door in zijn verdraagzaamheid de zonden van het
verleden te laten passeren. [26] Hij heeft zijn gerechtigheid nu
willen tonen, in onze tijd, opdat zou blijken dat Hijzelf
rechtvaardig is door ieder rechtvaardig te maken die leeft vanuit het
geloof in Jezus. [27] Waar blijft
dan de eigen roem? Die is onmogelijk geworden! Door welke wet? Door
die van de werken? Nee, door de wet van het geloof. [28] Ik beweer
juist dat de mens gerechtvaardigd wordt door te geloven, niet door de
wet te onderhouden.
Romeinen
4, 16 [13] Ook de belofte aan Abraham en zijn nakomelingen dat zij
de wereld zouden erven,
steunt niet op de wet maar op de gerechtigheid van het geloof. [14]
Als alleen zij die zich op de wet verlaten de erfgenamen zijn, heeft
het geloof geen zin en blijft de belofte zonder uitwerking. [15] Want
het resultaat van de wet is alleen maar straf, en waar geen wet is,
is ook geen overtreding. [16] Daarom hangt het af van het geloof,
opdat het genade is
Romeinen
5, 2 [1] Gerechtvaardigd door
het geloof leven wij in vrede met God door Jezus Christus onze
Heer. [2] Hij is het die ons door
het geloof de toegang heeft ontsloten tot die genade waarin wij
staan; door Hem ook mogen wij ons beroemen op onze hoop op de
heerlijkheid van God.
de
Romeinen 11, 6 [6] Is het echter uit genade, dan
is het niet vanwege verdienstelijke daden; anders zou de genade geen
genade meer zijn.
Efeziërs
2, 5 [4] Door zijn grote liefde voor ons heeft God, die rijk is
aan barmhartigheid, [5] ons die dood waren door onze overtredingen,
met Christus ten leven gewekt. Aan zijn genade dankt u uw redding...
[8] Inderdaad, aan die genade dankt
u uw redding door het geloof; en dat dankt u niet aan uzelf.
Gods gave is het; [9] u dankt het niet aan uw prestaties, opdat
niemand trots zou zijn.
Zie je dat het er vaak meerdere
keren achter elkaar in dezelfde tekst staat? Het is echt heel
belangrijk dat u niet op uzelf vertrouwd!
De tegenstelling tussen geloof en werken
De tegenstelling tussen geloof en
werken ontstaat als u gaat vertrouwen op uw eigen werken, als u gered
wild worden door uw eigen kracht. Ik verzeker U, dit zal u niet
lukken. Merk op dat “redding door de wet te onderhouden”, wat de
farizeeën trachten te doen, hetzelfde is als “vertrouwen op
werken”, want door te vertrouwen op de christelijke leefregels
heeft u een nieuwe wet gemaakt en redding uit de wet is onmogelijk.
Galaten
5:1 [1] Voor die vrijheid heeft Christus ons vrijgemaakt. Houd dus
stand en laat u niet opnieuw het slavenjuk opleggen. [2] Let op mijn
woorden. Ik, Paulus, zeg u: als u zich laat besnijden, zal Christus u
niets baten. [3] Nogmaals verzeker ik ieder die zich laat besnijden,
dat hij verplicht is de hele wet te onderhouden. [4] Als u door de
wet gerechtvaardigd wilt worden, hebt u met Christus gebroken; dan
hebt u de genade verbeurd. [5] Want wij verwachten door de Geest de
verhoopte gerechtigheid van het geloof.
Als u op uw eigen kracht vertrouwd
dan heeft u met Christus gebroken. Door op uw eigen werken te
vertrouwen zegt U: “Ik heb zijn offer niet nodig want ik bewerk het
zelf”. Maar de wet zegt, je moet je aan heel de wet houden, niet
aan een paar regels die u zelf uitkiest. Ik hoop dat u inziet dat dit
onmogelijk is en dat U hiermee uw redding verspelen kunt als u niet
tot inkeer komt.
De relatie tussen geloof en werken
Efeziërs
2, 10 [8] Inderdaad, aan die
genade dankt u uw redding door het geloof; en dat dankt u niet aan
uzelf. Gods gave is het; [9] u dankt het niet aan uw
prestaties, opdat niemand trots zou zijn. [10] Gods werk zijn wij,
geschapen in Christus Jezus, om in
ons leven de goede werken te doen die God voor ons heeft
bereid, opdat wij daarin zouden leven.
In dit vers lijkt voor u misschien
een tegenstrijdigheid te staan, er word zowel verwezen naar de
redding uit het geloof als naar werken. Ik heb dit juist hier
geplaatst omdat hierin al een beetje de volgorde van de dingen naar
voren komt.
Kolossenzen
1, 10 [9] Vanaf de dag waarop wij dit hebben gehoord, blijven wij
dan ook onophoudelijk voor u bidden. Wij smeken God u alle wijsheid
en geestelijk inzicht te schenken, zodat u zijn wil volledig verstaat
[10] en een leven leidt dat de Heer waardig is en Hem in alles
behaagt, zodat u op allerlei gebied vrucht
draagt door goede werken en groeit in de waarachtige kennis
van God. [11] Moge u door zijn heerlijke kracht gesterkt worden om
alles uit te houden en alles te verdragen.
Opnieuw een verwijzing naar de
relatie tussen geloof en werken. Hier schemert door dat het geloof en
de vruchten van de Geest zich uiten, zich openbaren in werken. Wat
zich in uw geest afspeelt word, om het zo te zeggen, zichtbaar door
uw handen.
Romeinen
6, 15 – In dienst van de gerechtigheid [15] Betekent dit dat het
ons vrij staat te zondigen, omdat wij niet meer onder de wet leven,
maar onder de genade? Dat verhoede God! [16] Het is immers duidelijk
dat men dié meester als slaaf moet gehoorzamen in wiens dienst men
zich stelt: ofwel u dient de zonde – en dit loopt uit op de dood –
ofwel de gehoorzaamheid – en die leidt tot gerechtigheid. [17] Maar
u bent, God zij dank, geen slaven meer van de zonde: u hebt zich van
harte onderworpen aan de beginselen van de leer die u is
overgeleverd. [18] U bent bevrijd van de zonde en dienaren geworden
van de gerechtigheid. [19] – Sprekend tot zwakke mensen, druk ik
mij erg menselijk uit. – Zoals u eertijds uw ledematen in dienst
hebt gesteld van onreinheid en steeds grotere bandeloosheid, zo moet
u ze nu in dienst stellen van de gerechtigheid, tot uw heiliging.
[20] Toen u slaaf was van de zonde, was u vrij ten opzichte van de
gerechtigheid. [21] Welke vruchten hebben uw daden toen opgeleverd?
Alleen dingen waarover u zich nu schaamt, want ze liepen uit op de
dood. [22] Maar nu, bevrijd van de zonde en dienstknecht geworden van
God, oogst u heiligheid en tenslotte eeuwig leven.
Er is dus een relatie tussen geloof
en het uitblijven van de zonde. Niet dat de zonde ineens helemaal weg
is, maar ze zal wel degelijk verminderen. Maar hoe zit dat dan? Ik
het hierna volgende vers word de relatie tussen geloof en werken
gelegd:
Het
evangelie volgens Matteüs 7, 26 – Horen en doen [24] Ieder die
Mij hoort en doet wat Ik zeg, zal het vergaan als een verstandig man
die zijn huis bouwde op de rots. [25] De regen viel neer, de
bergstromen kwamen omlaag, de wind stak op en ze stortten zich op dat
huis, en het stortte niet in, want het was op de rots gegrondvest.
[26] Ieder die deze woorden van Mij hoort en ze niet doet, zal het
vergaan als een domme man die zijn huis bouwde op zand. [27] De regen
viel neer, de bergstromen kwamen omlaag, de wind stak op en ze
sloegen tegen dat huis, en het stortte in: het werd één grote
ruïne.’
Als je geloofd, doe dan wat Jezus
zegt. Als je niet doet wat hij zegt dat zeggen je daden: “Ik geloof
niet”. Doen wat Jezus zegt zal op een aantal manieren uitwerken in
je leven: Je gebondenheid met geld en materiële zaken zal minder
worden, niet waardeloos, maar minder. Geld was eerst slavendrijver,
maar onder het geloof is het slechts voorwerp van gebruik. Je word
minder betoverd door de verleidingen van de satan en dus worden ook
de zonden minder. Maar er is nog iets. Door te doen wat Jezus zegt
moedig je de Geest aan om je te gaan leiden. Je gaat dan leven vanuit
de Geest. Maar als je daarentegen steeds de aanwijzingen van Jezus
naast je neerlegt en je eigen weg gaat, waarom zou de Geest je dan
willen vermoeien met nog meer van hetzelfde? Hij geeft je het alleen
als je het ook ontvangen wil.
Korintiërs
15, 10 [8] Het laatst van allen, als aan een misgeboorte, is Hij
ook verschenen aan mij. [9] Ik ben immers de minste van de apostelen,
niet waard om apostel te heten, want ik heb de kerk van God vervolgd.
[10] Maar door de genade van God ben ik wat ik ben, en zijn genade
voor mij is niet vruchteloos geweest. Ik heb harder gewerkt dan alle
anderen; dat wil zeggen, niet ik, maar de genade van God met mij.
Ik geloof dat Paulus u hier
voorzichtig probeert te zeggen dat hij het niet uit eigen kracht
heeft. Eerst is er de redding, dan de werken die getuigen van de
redding, niet andersom. Zoek nog een na hoe Paulus gered werd. Niet
uit eigen kracht! Zijn fanatieke geloof uit eigen kracht was er al
voor zijn ontmoeting met Jezus. Hij deed genoeg, maar uit wereldse
wijsheid richtte hij alleen maar schade aan. Hij bestreed juist het
geloof. Pas toen hij geloofde gingen zijn ogen open en ging hij met
God wandelen. Na 7 jaar werden zijn daden waardevol. Zijn geloof werd
zichtbaar in goede werken.
Hij zijn dus niet de daden die de
redding bewerken maar het is de redding die je tot andere gezindheid
brengt en die de daden bewerkt die je redding bevestigen. Ze laten
zien dat je gelooft en dienovereenkomstig gaat leven, met Jezus als
koning in je leven. Verder, als u goed oplet, zegt dit verhaal ook
dat de redding soms tijd nodig heeft voordat het zich uit in goede
werken.
En in deze context kunt u nu ook
Jakobus 1 & 2 lezen. Hier slechts twee stukjes:
Jak.1:21 Verwijder
daarom elke smet, elk restant van slechtheid; wees zachtmoedig en
neem het woord van God ter harte, dat in u werd geplant en de kracht
bezit uw leven te redden. [22] Luister niet alleen naar het woord,
maar handel er ook naar; anders bedriegt u uzelf.
Jak.2:18 [18]
Maar iemand zal zeggen: ‘U hebt het geloof, maar ik heb de daad.’
Bewijs me eens dat u geloof hebt, als u geen daden kunt tonen; dan
zal ik u uit mijn daden mijn geloof bewijzen. [19] U gelooft dat er
slechts één God is? Uitstekend! Ook de demonen geloven dat, en
sidderen! [20] Dwaas, wilt u het bewijs dat het geloof zonder daden
waardeloos is? [21] Is onze vader Abraham niet gerechtvaardigd
vanwege zijn daden,
Hier zegt Jacobus glashard, je
geloofd maar je doet niet? Zo doen ook de demonen, ze hebben gehoord
maar hun aard is niet veranderd. Oei! Met de houding: “Passief
blijven want Jezus doet toch alles”, word hier min of meer de vloer
aangeveegd! Als Jezus werkelijk jou koning is, als hij werkelijk
koning in jou leven is, dan moet je dat kunnen zien.
En dan is er nog deze passage, ook
die gaat over het koninkrijk en het gebruik van je gaven. Ach, ik wil
u niet onnodig verontrusten, maar overdenk toch wat u doet met uw
leven.
Mat.25:24 [24]
Ook degene die het ene talent had gekregen, kwam naar voren en zei:
“Heer, ik heb u leren kennen als een streng man; u oogst waar u
niet hebt gezaaid en u haalt binnen waar u niet hebt uitgestrooid.
[25] Uit angst heb ik uw talent in de grond gestopt. Kijk, hier hebt
u uw eigendom terug.” [26] Maar zijn heer antwoordde hem: “Slechte,
lamlendige slaaf, je wist dat ik oogst waar ik niet heb gezaaid en
binnenhaal waar ik niet heb uitgestrooid. [27] Je had dus mijn geld
op de bank moeten zetten. Dan had ik het bij mijn komst met rente
teruggekregen. [28] Neem hem daarom het talent af en geef het aan hem
die de tien talenten heeft. [29] Want aan ieder die heeft, zal
gegeven worden en wel overvloedig. Maar aan degene die niet heeft,
zal zelfs nog ontnomen worden wat hij heeft. [30] Werp die nutteloze
slaaf in de uiterste duisternis.” Het zal daar een gejammer zijn en
een tandengeknars.
In dit voorbeeld noemt de heer hem
lui en de slaaf zelf zegt dat zijn motieven uit angst voortkwamen.
Handel niet uit angst, maar uit liefde.
Als je tot nog toe hebt gedacht dat
al je zonden door hem worden afgedekt en daarom niet echt van binnen
verandering hebt toegelaten, geef dit dan toe in gebed en beleid je
passiviteit. Vraag Hem om je te leiden en om al de roadblocks die je
hebt opgeworpen aan te wijzen en af te breken zodat je kunt gaan
horen en doen. En als hij ze aanwijst, wees er dan op voorbereid dat
zoiets pijn doet en misschien je hele levenshouding doet wankelen.
Samenvatting
Zowel zij die uitsluitend op daden
vertrouwen, als zij die uitsluitend op de genade vertrouwen zijn
misleid. De Heer doet een werk om ons te veranderen en hij spreekt
niet tot de doven.
Vertrouw volledig op zijn genade
maar ook, hoor en doe, u moet het ene doen, en het andere niet laten.
U heeft geen Koning om zijn
opdrachten te negeren. Negeren kun je misschien doen bij de dorpsgek,
maar niet bij je koning!
Gerelateerde onderwerpen
Mannen en hun
drang tot werken?
Wat
moet ik doen om gered te worden?
|